Aan asbest kleven veel minder risico’s dan de overheid vermoedt, zo blijkt uit onderzoek.
Het verwijderen van asbest uit woningen kan dan ook veel goedkoper.
Ook wonen en werken in een pand met asbest is minder schadelijk dan tot nu toe werd beweerd. Sterker, derisico’s zijn veelal verwaarloosbaar, aldus onderzoekers van TNO, de Radboud Universiteit en onderzoeksinstituut Crisislab.
Alle moeite die speciale asbestverwijderingsteams zich getroosten om oude asbestplaten te demonteren, is zwaar overdreven.
Volgens de wetenschappers is het risico vaak zo klein dat niet meer dan enkele tientjes per jaar zouden moeten worden uitgegeven aan beschermingsmaatregelen.
Tot nu toe gaat de overheid er vanuit dat alle asbestdeeltjes kankerverwekkend zijn en dat er geen enkel risico mag worden gelopen bij de verwijdering.
“Maar de wettelijke normen, complexe werkwijzen en de daaraan gekoppelde kosten staan niet in verhouding tot het werkelijke risico”, vindt woningbouwkoepel Aedes, dat opdracht gaf voor het onderzoek. De koepel dringt er bij staatssecretaris Tamara van Ark (Sociale Zaken) op aan om het beleid aan te passen.
Als de regels voor asbestsanering worden aangepast, kan dat woningbouwverenigingen tientallen miljoenen euro’s schelen. Een dezer dagen praat de Tweede Kamer over het asbestbeleid.
Asbestverwijderaars moeten voor een simpele klus als het weghalen van asbest vensterbanken diverse vertrekken luchtdicht afplakken, luchtsluizen aanbrengen n een douche met waterbehandelingssysteem installeren. Luchtpompen houden de verzegelde ruimten vervolgens op onderdruk.
De asbestverwijderaars zelf hebben witte overalls aan, dragen maskers en halen adem via persluchtapparatuur. Het verwijderen van zes vensterbanken is een halfuurtje werk, maar al het gedoe er omheen kost twee man driekwart van hun dag.